Verzuimbegeleiding

Verzuimbegeleiding is het proces waarbij werkgevers, vaak samen met de arbodienst, werknemers ondersteunen tijdens ziekte of arbeidsongeschiktheid.

Effectieve verzuimbegeleiding

Een proactieve aanpak is belangrijk: tijdig contact opnemen, een goede vastlegging voor het re-integratieverslag en gesprekken over terugkeer naar werk zijn essentieel. De Wet verbetering poortwachter schrijft voor dat werknemer en werkgever minstens 1 keer in de 6 weken bespreken hoe het gaat met de re-integratie.

Voorbeelden van verzuimbegeleiding zijn het wekelijks contact onderhouden met een werknemer die herstelt van een operatie of het aanbieden van coaching aan een werknemer met stressklachten.

Tweede spoor traject

Voor aanvang van het tweede ziektejaar moet er een zogenoemd tweede spoor traject worden opgestart. Tijdens een re-integratie traject wordt in eerste instantie gekeken of er passend werk gevonden of georganiseerd kan worden bij de huidige werkgever. Is re-integratie binnen de organisatie (eerste spoor) niet mogelijk? Dan komt re-integratie bij een andere werkgever (tweede spoor) in beeld. 

Binnen de verzuimbegeleiding kunnen het eerste spoor en het tweede spoor in bepaalde gevallen ook gelijktijdig worden ingezet. Wanneer het tweede spoor start moet echter wel duidelijk terugkomen in het in het re-integratieverslag. De bedrijfsarts of arbeidsdeskundige geeft aan of het tweede spoor moet worden opgestart.

Wanneer het eerste spoor niet haalbaar blijkt is het opstarten van een tweede spoortraject wettelijk verplicht voor de werkgever. Het tweede spoortraject kan al bij de start van het re-integratietraject worden opgestart. De uiterlijke start is de 52ste week van arbeidsongeschiktheid.